Nederland is licht gestegen op de mondiale ranglijst van de Global Energy Architecture Performance Index Report 2017 dat het World Economic Forum (WEF) voor het vijfde achtereenvolgende jaar heeft samengesteld. Deze graadmeter van de performance van nationale energiesystemen is gebaseerd op onderzoek onder 127 landen en is in belangrijke mate gericht op vooruitgang van de wereldwijde energietransitie richting meer duurzame, betaalbare en toegankelijke energiesystemen.
Uit het nieuwste rapport blijkt dat Nederland niet behoort tot de Europese koplopers, en dat ons land op het gebied van energietransitie de afgelopen jaren weinig progressie heeft geboekt. Kennisinstituut INSCOPE van Rotterdam School of Management, Erasmus University (RSM) is partnerinstituut van het World Economic Forum en verzamelt onder leiding van Henk Volberda, Professor of Strategic Management & Business Policy aan RSM, gegevens voor Nederland.
Uit het rapport blijkt dat Nederland licht is gestegen op de mondiale EAP-index (Energy Architecture Performance), en wel van een 37e naar een 33e positie. In 2015 noteerde Nederland nog een 26e positie. Een 33e positie is bovendien nog altijd beduidend lager dan de 2009-benchmark (20e positie). Kijkend naar de 2009-2017 trend blijkt Nederland – met een verlies van 13 posities ten opzichte 2009 – de op één na slechtst presterende advanced economy te zijn als het gaat om de energietransitie richting meer duurzame, betaalbare en toegankelijke energiesystemen. Alleen Japan deed het gemiddeld slechter (-24 posities). De vijf landen die in dezelfde periode de grootste daling in de ranking hebben gemaakt zijn Libië (-38), Venezuela (-32), Algerije (-28), Nigeria (-28) en Ivoorkust (-26). De grootste stijgers zijn Jamaica (+24), Nicaragua (+23) en de Dominicaanse Republiek, Argentinië en Vietnam (+21).